Inherited from pop and electro culture, new development techniques now belong to the toolbox of composers of classical culture: loops, samples, patterns.

Chronochromatic Variations III is a late romantic evocation. Laure M. Hiendl uses melodies from a string trio by Anglo-Irish composer E.J. Moeran (1894-1950) that have been cut up, looped, edited and put back together. The result is in Hiendl’s words ‘an animated still life’: a suspension of sound that hints at a nostalgy towards the English pastoral but unnerves us under the surface in its execution.

Pastel tones, floating figures, random romantic chords, bubble to the surface of our recollections. Like that of Joanna Bailie or Cassandra Miller, the music of Hiendl works on reminiscence and the memorable, rather than on direct quotation.

This work is in step with the new cognitive studies and the concept of Brain: a music that exposes the mechanisms of memory, a music which is memory itself, captured in its ceaseless creative work. It's both melancholic and totally exciting.

Als een rechtstreekse erfenis van de pop- en elektronica cultuur behoren technieken als sampling en looping van patronen tot de toolbox van klassiek opgeleide componisten.

Chronochromatic Variations III is een evocatie van de late romantiek. Laure M. Hiendl maakt gebruik van de melodieën van het Strijktrio van de Engels-Ierse componist E.J. Moeran (1894-1950), een befaamde dronkaard. De motieven worden in stukken gesneden, gelooped en weer in elkaar gezet. Het resultaat is, in de woorden van Laure Hiendl, “een bewegend stilleven”: een zwevende auditieve ruimte die nostalgisch in de richting van Engelse herderslieden wijst, en ons tegen de haren in strijkt met een niet te vatten disharmonie.

Pastelkleuren, zwevende figuren, onwaarschijnlijke romantische akkoorden barsten in bubbels uiteen op het oppervlak van ons geheugen. Net als Joanna Bailie en Cassandra Miller werkt Hiendl’s muziek met herinneringen en wat memorabel is, in plaats van rechtstreekse citaten. Dit werk sluit uit aan bij hedendaagse cognitieve studies en het nieuwe concept van de hersenen: muziek die de mechanismen van het geheugen blootlegt, die doet alsof het zelf het geheugen is, een momentopname van het eindeloze werk van reconstructie.

Zacht, melancholisch en tegelijkertijd uiterst zinnenprikkelend.

Directement héritées des cultures pop et electro, de nouvelles techniques de développement complètent désormais la boîte à outils des compositeurs de culture classique : échantillons, boucles, montage de patterns.

Chronochromatic Variations III est une évocation du romantisme tardif. Laure M. Hiendl utilise les mélodies du trio à cordes d’un célèbre ivrogne, le compositeur anglo-irlandais E.J. Moeran (1894-1950). Ses motifs sont mis en morceaux, bouclés et remontés. Il en résulte, selon les termes de Laure Hiendl, « une nature morte animée » : un espace sonore en suspension qui pointe nostalgiquement vers la pastorale anglaise, tout en irritant notre sensibilité par on ne sait quelle dysharmonie temporelle.

Des couleurs pastel, des figures flottantes, d’improbables accords romantiques éclatent en bulles à la surface de notre mémoire. Tout comme celles de Joanna Bailie ou de Cassandra Miller, la musique de Hiendl travaille sur la réminiscence et sur le mémorable, plutôt que d’utiliser la citation directe. Ce travail est en phase avec les études cognitives contemporaines et le nouveau concept de Cerveau : une musique qui met à nu les mécanismes de la mémoire, voire une musique qui serait la mémoire elle-même, capturée dans son interminable travail de re-création. C'est doux, c'est mélancolique, et tout à la fois parfaitement excitant.