FOLLOW THE SINGERS SCORE online
   

Presentation

   
Tantric Shivaism, Gnostic writings and De Rerum Natura by Lucretius are intertwined to sing in MATRA the endless dimensions of material life. The result is a long, exalted prayer (35 minutes) that pits smooth harmonies against turbulent yet concentrated rhythms and bursts of implosive energy.

Three layers of sound: the six members of Neue Vocalsolisten Stuttgart (three female voices and three male voices) project the often homorhythmically sung texts in a commendatory spirit with long echoes. The vocal style is rich of short and rapid ornaments (often linked to exhalation phenomenons) introducing musical phrases with glottal effects until they get engulfed by long and luminous chords. A cornucopia of "close harmonies", diatonic quasi-clusters that become brighter thanks to carefully balanced quarter-tones adorning the texture.

The instrumental ensemble is a breathing, spitting force of nature, weaving rhythms and punctuating the pace of things. Bianchi explored the theory of charkas: motion and circulation of energy underlies his conception of spirituality, a combination of labour and struggle. A few fine spectral chords at the woodwinds, conjuring up the sound of bells or gongs, as well as a transparent but unstable instrumental harmony, remind us that Bianchi studied with Tristan Murail at Columbia University. At the electric guitar: instrumental “bone fragments", lurking infrabass shadows, a few saturated textures... The young man is in tune with his time!

Lastly, a trio of low-register instruments — tubax (contrabass saxophone), contrabass Paetzold recorder, and bass flute —calls to mind the tireless inward-looking and inescapable flurry of Samsara, a place of ignorant passions (or of a passion for ignorance). We processed these three instruments with almost no reverb in contrast to the human voices. What a sweet sound for sore ears!
JLP
   

Libretto and comments

• SECTION I: Physical body

[2] 0:00

Vigyan Bhairav Tantra, sutra n.72:
Feel the cosmos as a translucent, ever-living presence

Composer's commentary _ This sutra beckons us towards an almost hallucinatory experience: a kind of framework. The idea is to picture the biggest thing you can imagine, and then something bigger and even bigger still—and then to feel it suddenly becoming familiar and intimate.

[3] 0:00

Lucretius - De Rerum Natura, versus 991:
…Caelesti sumus omnes semine oriundi
We are all sprung from celestial seed

Composer's commentary _ Evolutionary developmental biology backs this intuition: one or two fundamental genetic structures represent the basic system governing the animal kingdom. Remarkably, some genes lose their organic function over time to take on an aesthetic one. In the case of the butterfly, the gene governing leg growth in certain insects becomes the gene producing multicoloured spots on the wings.

[3] 7:59

Mary Magdalene Gospel, n.27:
God came into your midst, to the essence of every nature in order to restore it to its root.
   

• SECTION II: Astral body

(N.B. The original score has tree movements, the second of which features the "ethereal body". As that movement is not included in the recording, II is designated as the final movement.)

[4] 2:56

Vigyan Bhairav Tantra, sutra n.67:
Here is the sphere of change, change, change… Through change consume change.

Composer's commentary _ The Vijnana Bhairava Tantra first of all undertakes a groundbreaking study on the issue of change, the passing of the time, and mutation. The only way to transcend change is nowhere else than within change itself. Not by clinging on it, or by avoiding it, but rather by moving inside it, it will be consumed by itself. Some individual cling to the world of change, and some seek to escape it. This sutra offers a third possibility: by floating within the change, the change itself will be transcended, as it will appear that there is a centre that never changed and has always been the same.

[4] 8:56

Vigyan Bhairav Tantral, excerpt from the first question Devi put to Shiva, resulting in the 112 sutras
O Shiva, what is your reality? What is this life beyond form pervading forms? Let my doubts be cleared!

About the libretto (by O. Bianchi)

   
I discovered the Vijnana Bhairava Tantra, an apogee of Indian religious philosophy, in my early twenties. I always promised myself that one day I would translate some of its text into sounds. Tantra talks about a dialogue between Devi and Shiva, focused on a series of fundamental questions: "O Shiva, what is your reality? What is this life beyond form, pervading forms? Let my doubts be cleared!" Shiva's answer is made of 112 sutras – which are 112 mediation techniques. Each reply is, in short, rooted into personal experience rather then passive learning. The emphasis is on truth as a process of existential achievement that is impossible to convey in literal terms.

Three of the 112 sutras in Vijnana-Bhairava Tantra form the lyrics of Matra. The texts of Maria Magdalena and Lucretius interact with the tantric writings. The affinities can be heard without any need to enforce a syncretic approach. The materialism of a non-believing poet-cum-scientist from the Roman epoch, such as Sureties, should not be shocking at all, when paired alongside the quasi-Taoist message of the Gnostic Mary Magdalene.

Lucretius: In the end we are all derived from celestial seed; the sky is everybody's unique father. What once came from the earth returns to the earth. Death does not destroy by erasing body's matter, but by dissolving its union.

Mary Magdalene: Species, form, creature: everything exists within and with another and dissolves within its own roots because the essence of all matter is to dissolve in the roots of a single nature.

FOLLOW THE SINGERS SCORE online
   

MATRA

   
Tantrisch shivaïsme, gnostische geschriften en De Rerum Natura van Lucretius, staan in MATRA voor de oneindige meerduidigheid van het materiële leven (> lees het libretto). MATRA is één 35 minuten durend geëxalteerd gebed, waarbij gave harmonieën afwisselen met turbulente, maar geconcentreerde ritmes met een implosieve energie.

Drie geluidslagen: de zes zangers van de Neue Vocalsolisten uit Stuttgart (drie vrouwen en drie mannen) brengen de teksten als een lofzang, vaak homoritmisch en met gecomponeerde lange echo’s. De vocale schriftuur is rijk aan korte en intense versieringen bij het uitademen. De muzikale frasen openen meestal als glottisslagen en gaan vervolgens op in lange en heldere akkoorden. De componist maakt ook overvloedig gebruik van ‘close harmony’ en van diatonische quasi-clusters, die nog stralender klinken door de zeer gedoseerde toevoeging van enkele kwarttonen.

Een tweede element is het instrumentale ensemble dat blaast, spuwt, ritmeert en fraseert. Bianchi bestudeerde namelijk de theorie van de chakra’s en ziet spiritualiteit in termen van energiestromen, als hard werk, als een gevecht. Enkele mooie spectrumakkoorden in de houtblazers, die klokkengegalm of gongslagen evoceren, en een transparante maar onstabiele instrumentale harmonie die gaandeweg verandert, herinneren ons eraan dat Bianchi een leerling was van Tristan Murail. De elektrische gitaar, scherpe instrumentale samples, donkere infrabassen op de achtergrond en een punctuele saturatie van de textuur maken duidelijk dat Bianchi toch een kind is van zijn tijd.

Tot slot suggereert een solistentrio uit het lage register (een tubax contrabassaxofoon, een Paetzold contrabasblokfluit en een basfluit) het onophoudelijke, in zichzelf gekeerde en eeuwige gemurmel van het Samsara, de plaats van onwetende passies (of de passie van de onwetendheid). We hebben dit solistentrio gemixt met een minimum aan galm, als contrast met de menselijke stemmen. Een ware streling voor het oor!
JLP
   

Libretto en commentaar

   
+ DEEL I: Fysiek lichaam

[2] 0:00

Vijnana-Bhairava Tantra, soetra N.72:
Feel the cosmos as a translucent ever-living presence
Ervaar de kosmos als een eeuwige en doorschijnende aanwezigheid

Commentaar van de componist _ Deze soetra nodigt uit tot een synesthetische, bijna hallucinante ervaring: uit het vertrouwde kader treden. Met andere woorden: jezelf het allergrootste voorstellen dat je je maar kunt indenken, steeds groter en groter, en het plots aanvoelen als nabij en intiem.

[3] 0:00

Lucretius, De Rerum Natura vers 991:
Caelesti sumus omnes semine oriundi
We komen allemaal voort uit het hemelse zaad

Commentaar van de componist _ De evolutiebiologie bevestigt die intuïtie: enkele fundamentele genetische constructies vormen de basisstructuur van het hele dierenrijk. Opmerkelijk is dat sommige genen geleidelijk hun organische functie verliezen en een esthetische functie krijgen. Zo doet het gen dat bij sommige insecten de groei van de pootjes regelt, bij de vlinder veelkleurige vlekken verschijnen op hun vleugels.

[3] 7:59

Evangelie van Maria Magdalena, n.27:
God came into your midst, to the essence of every nature in order to restore it to its root
God kwam in je midden en vormt de essentie van elk wezen, om het terug te brengen naar zijn wortels.
   

DEEL II: Astraal lichaam

   
(Opmerking: de oorspronkelijke partituur telt 3 delen, waarvan het 2de over het ‘etherisch lichaam’ gaat. Dat deel ontbreekt echter in deze opname. Daarom noemen we deel II het slotdeel.)

[4] 2:56

Vijnana-Bhairava Tantra, soetra N.67:
Here is the sphere of change, change, change… Through change consume change.
Hier is de sfeer van verandering, verandering, verandering.... De ene verandering vloeit voort uit de andere.

Commentaar van de componist _ De Vijnana-Bhairava Tantra behandelt op een revolutionaire manier de problematiek van verandering en van de voortschrijdende tijd. De enige manier om aan de tijd te ontsnappen, ligt niet buiten het universum en schuilt trouwens niet alleen in het veranderingsproces zelf. Pas door ons ervan bewust te worden dat alles verandert, kunnen we de verandering zelf overstijgen. Er zijn er die zich vastklampen aan de wereld van de verandering en er zijn er die deze wereld ontvluchten. Deze soetra biedt een derde weg aan: meedrijven met de verandering, zodat ze zich aan ons manifesteert als een onveranderlijk en eeuwig centrum.

[4] 8:56

Vijnana-Bhairava Tantra, fragment uit de voorafgaande vraag die Devi stelt aan Shiva, en die tot de 112 soetra’s leidt
O Shiva, what is your reality? What is this life beyond form pervading forms? Let my doubts be cleared!
O Shiva, wat is uw realiteit? Wat is dat hogere leven dat elke vorm overstijgt en doordringt? Neem mijn twijfels weg!
   
   

Oscar Bianchi over het libretto

Mijn kennismaking met de Vijnana-Bhairava Tantra, één van de hoogtepunten uit de Indische religieuze filosofie, dateert al van jaren geleden. Ik heb mezelf altijd voorgenomen om ooit een deel van de tekst op muziek te zetten. Het gaat om een dialoog tussen Devi en Shiva over een aantal essentiële vragen: "O Shiva, wat is uw realiteit? Wat is dat hogere leven dat elke vorm overstijgt en doordringt? Neem mijn twijfels weg!” Het antwoord van Shiva is verbazend: het bestaat uit 112 soetra’s of meditatietechnieken. Kortom, elk antwoord vloeit voort uit persoonlijke ervaring. Daarbij ligt de nadruk op de waarheid als existentieel vervullingsproces dat onmogelijk letterlijk over te brengen is.

3 van de 112 soetra’s uit de Vijnana-Bhairava Tantra vormen samen de tekst van Matra. De teksten van Maria Magdalena en van Lucretius dialogeren met de tantrische geschriften. Er zijn affiniteiten hoorbaar zonder dat er sprake is van een geforceerd syncretisme. Het atheïstische materialisme van een dichter-wetenschapper uit de Romeinse oudheid, zoals Lucretius, heeft helemaal niets choquerends als je het naast de bijna taoïstische boodschap legt van de gnostische Maria Magdalena.

Lucretius: Uiteindelijk komt alles voort uit het hemelse zaad; de hemel is de enige vader van heel de wereld … Al wat voortkomt uit de aarde, keert ooit naar de aarde terug … De dood vernietigt de materie niet, maar lost op wat gebonden was.

Maria Magdalena: Soort, vorm, creatuur: iedereen bestaat in en met de ander, en lost zich op in zijn eigen wortels, want de essentie van alle materie is dat ze zich oplost in de wortels van één enkele natuur.

FOLLOW THE SINGERS SCORE online
   

Présentation

Shivaïsme tantrique, écrits gnostiques et De Rerum Natura de Lucrèce, tout entrelacés, chantent dans MATRA la multiplicité infinie de la vie matérielle. Longue prière exaltée de 35 minutes, l'oeuvre fait rivaliser de lisses harmonies avec un travail rythmique turbulent mais concentré, d'une énergie implosive.

Trois plans sonores : jetés dans de longues reverbérations, les six chanteurs des Neue Vocalsolisten de Stuttgart (trois femmes et trois hommes), le plus souvent homorythmiques, projettent les textes dans le registre de la louange. L'écriture vocale est riche en ornementations courtes et intenses, liées à l'expulsion du souffle, qui ouvrent les phrases comme des coups de glotte pour s'abîmer ensuite dans de longs et lumineux accords. C'est une "close harmony" qui domine, où abondent les quasi-clusters diatoniques, rendus plus luisants par l'ajout très dosé de quelques quarts-de-tons, qui ouvrent le spectre et auréolent la texture.

L'ensemble instrumental souffle, crache, rythme et ponctue : Bianchi a étudié la théorie des chakras, il pense la spiritualité en termes de circulation d'énergie — c'est un travail et un combat. Quelques beaux accords spectraux aux bois, évoquant des résonances de cloches ou de gongs, et en règle générale une harmonie instrumentale transparente mais instable, en perpétuelle mutation, nous rappellent que Bianchi a été l'élève de Tristan Murail à la Columbia University. On entend de la guitare électrique aussi, des "débris d'os" instrumentaux, des ombres infrabasses qui traînent, quelques saturations dans la texture : le jeune homme connaît son temps...

Un groupe soliste, enfin, situé dans le bas registre (saxophone contrebasse dit tubax, flûte à bec contrebasse dite Paetzold, flûte basse), évoque le grouillement inlassable, clos sur lui-même et sans échappée, du Samsara, le monde du destin trivial et des passions ignorantes (ou de la "passion de l'ignorance", pour le dire à la Lacan). Nous avons mixé ce trio de solistes avec le minimum de reverbération, dans une acoustique courte et étouffante, en contraste avec l'aura lumineuse de la réverbération des voix humaines. Qu'ils nous collent aux oreilles comme un mauvais sucre !
JLP
   

Livret et commentaires

• SECTION I : Corps physique

[2] 0:00

Vigyan Bhairav Tantra, sutra N.72 :
Feel the cosmos as a translucent ever-living presence
Expérimente le cosmos comme présence éternelle et translucide

Commentaire du compositeur : Ce soutra pousse à une expérience synesthésique, quasi-hallucinée : une sortie du cadre. Il s'agit de se représenter la chose la plus vaste qu'on puisse imaginer, et même plus vaste, et plus vaste encore — et de la ressentir soudain comme proche et intime.

[3] 0:00

Lucréce, De Rerum Natura versus 991 :
Caelesti sumus omnes semine oriundi : Tous, nous dérivons du germe céleste.

Commentaire du compositeur : La biologie du développement évolutif confirme cette intuition : quelques constructions génétiques fondamentales constituent la structure de base de tout le règne animal. Chose remarquable : certains gènes perdent avec le temps leur fonction organique, et acquièrent une fonction esthétique. Le gène qui contrôle la poussée des pattes chez certains insectes devient, chez le papillon, celui qui permet les taches multicolores sur les ailes.

[3] 7:59
Mary Magdalene Gospel, n.27 :
God came into your midst, to the essence of every nature in order to restore it to its root
Dieu vint en ton milieu, dans l’essence de chaque étant, pour le ramener à sa racine.
   
   
+ SECTION II : Corps astral

(Note : la partition originale comporte 3 mouvements, dont le 2ème porte sur le "corps éthéré". Ce mouvement n'est pas repris dans le présent enregistrement. Nous appelons II le mouvement final.)

[4] 2:56
Vigyan Bhairav Tantra, sutra N.67 :
Here is the sphere of change, change, change…
Through change consume change.
Voici la sphère du changement, changement, changement.
À travers le changement se consume le changement.

Commentaire du compositeur : Le Vijnana-Bhairava Tantra aborde de manière révolutionnaire la problématique du changement, du temps qui passe et de la mutation. L'unique échappée au temps n'est pas hors-univers. Elle n'est pas ailleurs que dans la poussée du changement lui-même. Ce n'est qu'en ayant conscience que tout change que l'on peut transcender le changement même. Il y a ceux qui s’agrippent au monde du changement et ceux qui le fuient. Ce Soutra propose une troisième voie : fluctuons dans le changement, pour qu'il nous apparaisse comme un centre immuable, depuis toujours et à jamais.
   

[4] 8:56

Vigyan Bhairav Tantral, extrait de la question préliminaire que Devi pose à Shivan et qui déclenche les 112 soutras
O Shiva, what is your reality?
What is this life beyond form pervading forms?
Let my doubts be cleared!
Ô Shiva, quelle est ta réalité ?
Qu'est-ce que cette vie au-delà des formes, qui pénètre toute forme ?
Clarifie mes doutes !
   

Oscar Bianchi sur le livret

Ma rencontre avec le Vijnana-Bhairava Tantra, l'un des sommets de la philosophie religieuse indienne, remonte à des années déjà. Je me suis toujours promis qu'un jour, j'en traduirais en musique une partie du texte. Il s'agit d'un dialogue entre Devi et Shiva, qui porte sur une série de questions fondamentales :"O Shiva, quelle est ta réalité ? Quelle est cette vie au-delà des formes, qui pénètre toute forme ? Clarifie mes doutes !" La réponse de Shiva est étonnante, car elle consiste en 112 soutras, qui sont autant de techniques de méditation. Chaque réponse, en somme, est fille de l'expérience personnelle. L'accent est mis sur la vérité comme processus d'accomplissement existentiel, impossible à transmettre littéralement.

Trois des cent douze soutras du Vijnana-Bhairava Tantra forment les textes de Matra. Les textes de Marie de Magdala et de Lucrèce dialoguent avec les écrits tantriques. Sans qu'il ait été nécessaire de forcer le syncrétisme, des affinités se font entendre. Le matérialisme athée d’un poète-scientifique de l'antiquité romaine comme Lucrèce, par exemple, n'est en rien choquant si on le met en compagnie du message quasi-taoïste de la gnostique Marie de Magdala.

Lucrèce :
À la fin, tout nous vient de la semence céleste; le ciel est l’unique père pour tout le monde… Retournera à la terre tout ce qui un jour vint de la terre… La mort ne détruit pas les choses en anéantissant la matière, mais se contente de dissoudre ce qui était lié.

Marie de Magdala :
Espèce, forme, créature : chacune existe dans et avec une autre et se résoudra en ses propres racines, parce que l'essence de toute matière est de se dissoudre dans les racines d'une seule nature.